Hoe moet je de was doen?

Voor niemand zal de was doen in hun lijstje staan met de favoriete bezigheden. Toch zal je het meerdere keren per week moeten doen. De kans is groot dat voorheen je ouders dat deden. Hierdoor zal het in het begin een groot puzzelstuk zijn, dat is ook niet zo erg. Het is namelijk vrij gemakkelijk te leren, waardoor je direct een vast patroon zult ontwikkelen in het wassen.

Voorbereiding

Op het moment dat je met een overvolle, niet gesorteerde, wasmand voor de wasmachine gaat staan zal het niet gemakkelijk lukken. Begin daarom als allereerste met in alle kledingstukken de zakken te controleren. Mocht er bijvoorbeeld kleingeld in zitten kan dat schade opleveren aan de wasmachine. Heb je dat allemaal gedaan? Dan is het handig om alles binnenstebuiten te draaien. Hierdoor voorkom je bij broeken dat er vale strepen komen. En mocht je truien, shirts en dergelijke hebben met een bedrukking, dan zal ook dat beter beschermd blijven.

Sorteren

Ervoor zorgen dat alle verschillende soorten kleding bij elkaar komen is belangrijk. Je wilt namelijk een kledingstuk behandelen naar hoe het gemaakt is. Je hoeft dit niet voor elk stuk uit je hoofd te kennen, het staat namelijk allemaal op het wassymbool aan de binnenkant. Sorteer op de volgende punten:

• Machinewas of (de snelle variant) handwas
• De vuilgraad: Stop erg vuile was niet bij redelijk schone was, anders zal het zich tegen elkaar gaan opzetten. Waardoor de redelijke schone was vuiler wordt.
• Kleur: Scheid de witte, donkerbonte en lichtbonte was van elkaar. Als je witgoed samen met een rood shirt doet, zul je uiteindelijk een roze en rood shirt overhouden.
• Soort textiel: Houd gevoel weefsel (wol, zijde) apart van zware weefsels (katoen).
• Wastemperatuur: Nooit warmer dan aangegeven op het wassymbool.
• Centrifugesnelheid: Volg ook hier het wassymbool.

Handwas en een voorwas, wat is dat?

Mocht je kwetsbare kledingstukken hebben die niet bedoeld zijn voor het wasmachine dan maak je het schoon door een handwas. Hierbij volg je zoals altijd het wassymbool. Belangrijk is wel om vooraf het wasmiddel op te laten lossen in het water, en daarna de kleding erin te doen. Zorg ervoor dat het altijd onderwater is en in beweging blijft. Anders kunnen er vlekken en/of verkleuringen ontstaan. Wring en wrijf de kleding nooit uit, tijdens een handwas moet je knijpen. Was na afloop goed je handen en maak ze goed droog.

Op het moment dat je een kleding stuk hebt dat ontzettend vuil is, denk bijvoorbeeld aan een olie vlek. Dan kan met één was de vlek er niet uit gehaald worden. Hierdoor kun je ervoor kiezen om een voorwas te draaien. De wasmachine zal naderhand automatisch overgaan in het hoofdprogramma. Prettig aan de voorwas is dat je extra vlekmiddel kunt aanbrengen op de kleding, zonder dat je er andere kleding mee kunt beschadigen. 

De verschillende wasprogramma’s

Er zijn ontzettend veel verschillende wasmachines. We hebben overigens geen wasmachines vergelijken, hierdoor is de kans aanwezig dat de programma’s andere namen hebben. Wel komen ze op hetzelfde neer. 

• Katoen: Het meest gebruikte programma. Temperatuur ligt hierbij van koud tot 95 graden Celsius.
• Gemengde was: Geschikt voor katoen, gemengde stoffen en linnen. Temperatuur gaat hierbij tot de 60 graden.
• Synthetisch/ Easy Car / Anti-kreuk: Te gebruiken voor kleding dat voorzichtig gewassen moet worden zoals polyester en viscose. Het heeft een lager toerental en een maximale temperatuur van 65 graden.
• Eco: Gebruikt minder water en is geschikt voor vuile katoenen kleding. De temperatuur ligt tussen de 40 en 60 graden.
• Fijne was: Lagere temperatuur, minder intensieve trommel en een lager toerental.
• Spoelen/ centrifugeren: Het extra schoonmaken en drogen van je kleding.

Lees ook: Hoe krijg je je bank weer tip en top?